JAN VAN DER WERF - INSECTENBESTRIJDING


 
Kevers

Broodkever
Kenmerken: 2 - 4 mm. lang. licht harig, bruin tot roodbruin van kleur.
Omgeving: is te vinden in de omgeving van droge voedselopslagplaatsen.
Overlast / schade: tast droge ´oude en vergeten´ voedselvoorraad aan.
Bestrijding / wering: oude verpakkingen vernietigen en de opslagruimte goed schoonmaken. Bij ernstige overlast kan bespuiting met een middel tegen kruipende insecten goed werk doen.
De levensmiddelen niet met een bestrijdingsmiddel behandelen. Invriezen kan wel.
 

Meeltor / Meelworm
De kever is zwartbruin tot zwart, waarbij de dekschilden lengtestrepen hebben.
Lengte ± 15 mm.
De meelworm (larve) is geelbruin en plm. 25 mm lang. Ze worden gekweekt voor volièrevogels en leven in het wild vaak bij vogelnesten. Schade aan ´oude en vergeten´ voorraden levensmiddelen is mogelijk.
Bron saneren is als oplossing meestal voldoende.
 

Stambonenkever
De stambonenkever is 3 - 5 mm lang, bruin van kleur met donkerbruine vlekken op de dekschilden.
Tast allerlei langdurig opgeslagen bonensoorten aan. Meerdere larven ontwikkelen zich in de bonen, die na enige vervellingen uitkomen. Aangetaste bonen zijn niet geschikt voor consumptie of zaaigewas.
Aangetaste voorraden gedurende een aantal dagen invriezen op -15°C.
Denk bij het ontdooien aan condensvocht.
 

Rijstmeelkever
De rijstmeelkever ontwikkelt zich bij hogere temperaturen (30° - 35°C) in allerlei graan en meelproducten.  Tast eveneens gedroogde vruchten, chocolade en kruiden aan.
Aangetaste voorraden gedurende een dag invriezen op -7°C. Denk bij het ontdooien aan condensvocht.
Bij professionele opslag:  de opslag- en schuilplaatsen laten behandelen.